Het aanvragen van BabythuisZorg gaat in zes stappen. Lees hieronder meer informatie over de aanvraagprocedure. Klik hier om direct naar het aanvraagformulier te gaan.
BabythuisZorg kan worden aangevraagd door een verwijzer. Deze kan afkomstig zijn uit een wijkteam (jeugd), jeugdgezondheidszorg of geboortezorg. Ook kan vanuit gespecialiseerde jeugdzorg een beroep worden gedaan op BabythuisZorg in de dagelijkse leefsituatie.
Lokaal worden afspraken gemaakt over de indicatiestelling. Door de gemeente van de cliënt te selecteren wordt zichtbaar welke partij zorg levert in het geselecteerde gebied. Van belang is dat vooraf in grote lijnen is afgestemd wat de verwachtingen zijn en dat er overeenstemming is bereikt over de doelen waaraan wordt gewerkt. In dit proces zijn verwijzers, cliënten en BabythuisZorg betrokken. Hiermee wordt de basis gelegd voor een resultaatgericht ondersteuningsplan. Bovendien worden er afspraken gemaakt over samenwerking, evaluatie, rapportage en overdracht in de keten.
Bij de start van de zorg wordt met behulp van de GIZ methodiek (Gezamenlijke Inschatten Zorgbehoefte) de ondersteuningsvraag meer specifiek in kaart gebracht. De medewerker BabythuisZorg leert hiermee de krachten en behoeften van de cliënt kennen, zodat het ondersteuningsplan zo optimaal mogelijk op maat gemaakt kan worden.
De ondersteuningsbehoefte van het gezin staat hierbij centraal. Van belang is echter dat het plan ook aan de behoefte en verwachting van de verwijzer voldoet. Daarom wordt ook de verwijzer bij twijfel in dit proces betrokken. Dit proces mondt uit in een plan met concrete acties en realistische doelen waaraan door de cliënt gewerkt gaat worden, met ondersteuning van de BabythuisZorgmedewerker.
De BabythuisZorg zorgverlener werkt in alle gevallen samen met de cliënt aan de afgesproken doelen en acties. In verreweg de meeste gevallen vindt de zorg thuis plaats. Echter ook zorg in een woonvorm of bij ziekenhuisopname van ouders en/of kind is mogelijk.
Kenmerkend voor kwetsbare ouders is dat er door gebrek aan draagkracht of door een zware draaglast extra behoefte is aan een steunend netwerk. Regelmatig merken we dat juist kwetsbare ouders weinig netwerk hebben, weinig profiteren van het netwerk dat er is of dat er een mismatch is tussen de ondersteuning vanuit het netwerk en de behoeften van de ouders. De BabythuisZorg medewerker houdt vanaf de start de blik ook op de toekomst gericht. Zij brengt samen met het gezin het netwerk in kaart en er wordt gezocht naar manieren om het netwerk uit te breiden en/of te versterken.
Bij een complexe problematiek, zijn er vaak meerdere ketenpartners betrokken in het gezin. Zeker bij overbruggingszorg is vaak al vanaf de start duidelijk dat BabythuisZorg niet genoeg zal zijn. Doordat de BabythuisZorg medewerker altijd in het gezin werkt, zijn er mogelijkheden om te observeren en signaleren. Zo ontstaat meer zicht op de ondersteuningsbehoefte en krachten van het gezin. Een zorgvuldige overdracht, samen met de cliënten, kan het draagvlak voor vervolgzorg vergroten en draagt bij aan een goede start van de vervolgzorg.
Tijdens de uitvoering van BabythuisZorg blijft de verwijzer/casemanager betrokken bij de zorg. Op afgesproken momenten wordt de zorg geëvalueerd. Zoveel mogelijk in het bijzijn van de cliënt. Transparantie is hierbij het uitgangspunt. Bij een zorg die wat langer duurt, kan ook de coördinator van BabythuisZorg een rol spelen bij tussentijdse evaluaties. Deze kan de voortgang van het BabythuisZorg ondersteuningsplan monitoren en zo nodig signaleren of er opgeschaald moet worden naar meer gespecialiseerde vormen van zorg.
De methodische, gestructureerde aanpak stelt de BabythuisZorg medewerker in staat om de zorg zorgvuldig af te bouwen. Er wordt systematisch gewerkt aan de afgesproken doelen. Als de ouders op eigen kracht of met ondersteuning uit het netwerk zelf verder kunnen, wordt de zorg stapsgewijs afgebouwd. Vaak zal gekozen worden voor afbouw van de intensiteit. Ouders krijgen zo de ruimte om geleerde vaardigheden toe te passen. Bij samenwerking met ketenpartners worden zorgmomenten in overleg op elkaar afgestemd.
De zorg wordt afgesloten, zoals hij is gestart: in de driehoek tussen verwijzer, cliënt en BabythuisZorg medewerker. De nadruk ligt bij bespreking van wat is bereikt en welke ondersteuningsbehoefte er nog is. Zo nodig wordt (warm) overgedragen naar meer gespecialiseerde zorg. Met toestemming van de ouders wordt er altijd teruggekoppeld aan de jeugdgezondheidszorg